Verslag Antwerpse Kasseiklassieker

De Antwerpse Kasseiklassieker is traditioneel de eerste grote afspraak op de Bike Leon kalender. Dit verdient niet alleen een veel te uitvoerige voorbeschouwing, maar ook een belachelijk lang verslag.

Rustig, Pieter De Crem! Iedereen van ons heeft apart gereden. Met behulp van experimentele software zijn we er wel in geslaagd om alle soloritten te synchroniseren alsof ze tegelijkertijd plaatsvonden. Elke gelijkenis met bestaande feiten en figuren berust voor de rest op louter toeval.

Aan de start stonden een twintigtal Leonners. Onder hen ook een aantal rookies, zoals Stan en Mathias. Koen had veel bekijks. Zijn nieuwe fiets was er dan ook ene met een kleine én een grote plaat!

Vroeg vertrekken of laat vertrekken? Een lastige tactische keuze. Later op de dag was er namelijk meer wind, een kleine kans op regen en een grote kans op zondagfietsers. Kasper koos er dan ook voor om nog voor dag en dauw het paashazenpad te kiezen.

Op het Ringfietspad voelde niemand zich geroepen om een chasse patate op te zetten. Het was dan ook nog honderd kilometer naar de aankomst. Mathias rakelde het woord “centurion” op. In de volksmond sprak men van twee volle Crembo’s.

Drie kilometer ver. De eerste kasseistrook. Meteen averij. In de staart van het peloton kust Tom L de kinderkopjes van de Saffierstraat. “Mijn GPS was wat losgekomen”, legde hij achteraf uit. “Dus dacht ik die al rijdend vast te zetten”. “Da’s niet slim”, besefte hij, “zeker niet als je niet ziet dat je een stoepborduur gaat raken”. Da’s inderdaad niet slim. Onze schaduwfavoriet zet uiteindelijk wel z’n weg voort. Dapper!

Op de Reepkenslei in Kontich voelen de topfavorieten hun benen kriebelen. Stenen Stijn en Keien Kurt trekken een eerste keer door. Alleen Koen peddelt verdacht vlot mee in hun wiel. Tom VR was geprikkeld omdat hij – ondanks z’n hoogtestage in de States – niet vernoemd was in de voorbeschouwing. Met veel moeite kan hij nog net aanpikken.

Op de boerenwegen na de Reepkenslei loopt alles terug samen. Het parcours blijkt niet selectief genoeg om hier al een grote schifting door te voeren. Tom VR moet ondertussen wel al met materiaalpech opgeven. Garry durft hardop zeggen wat we eigenlijk allemaal dachten: “Ik wist al langer dat gij een vijs kwijt waart”. Ja, er is nog tijd om te zwanzen in de buik van het peloton.

Kilometer 37. Eén derde koers. De eerste viersterrenstrook van de dag: de Schoonaardestraat in Eikevliet. Een snoeiharde demarrage van onze voorzitter. “Rustig chillen met de gravelfiets”, had die nochtans op de vooravond van de koers beloofd. “Heb ik ook gedaan”, foeterde hij achteraf. “90% van de tijd. Kasseien kan je soms toch maar beter op snelheid pakken”.

Achter Keien Kurt scheurt het peloton in twintig stukken en brokken uiteen. Bob, Stijn, Koen en Kasper vormen het eerste achtervolgende groepje. De rest moet al honderden meters goedmaken. Helemaal achteraan bengelt Nick. Die staat in Ruisbroek-Sauvegarde lang voor de trein. Slecht startuur gekozen dus.

De kasseien volgen elkaar nu in sneltempo op. Keien Kurt geeft er iedere strook een flinke lel op. Terug op het asfalt doet hij het – zoals beloofd – wel rustiger aan. Het veld plooit iedere keer als een accordeon terug bij elkaar.

Zomaar een weetje tussendoor: Syrische Flandrien Abdullah is de enige van ons bij wie de hartslag lager ligt op de kasseien dan op het asfalt voor of na.

Kilometer 50. Halfweg koers. Grote verwarring. De kasseien van de Wielstraat lopen plots dood! Alleen Jonathan durft het aan de koeiendrijfweg te volgen tot aan de grote baan. De rest van de kopgroep maakt rechtsomkeer. Nick en Tom L schieten nog net als eersten het smalle paadje tussen de huizen in. Hoe goed moet de GPS van die laatste nu vast staan? De wedstrijd ligt terug helemaal open!

Op de brug van Temse gaat Kurt S er even bij zitten. Je zou voor minder. Na talloze omzwervingen in de velden rond de Wielstraat ziet hij terug een teken van beschaving! Jammer wel dat de hopman van de tienurenclub z’n compagnons in de steek heeft gelaten. Abdullah dacht even dat hij helemaal alleen op pad moest voor de korte route. Hij sprong dan ook een gat in de lucht toen hij de zussen Rams zag aanstormen.

Op het Hellend Vlak van Temse, een venijnige klim uit de Scheldevallei, gooit Stenen Stijn z’n troefkaarten op tafel. Koen peddelt weer vlot mee naar boven. Wordt die mens ooit moe? Ook Bert en Bart kunnen na een koppeltijdrit komen aansluiten. De beslissing lijkt gevallen.

Kilometer 61. De Beeldstraat in Sint-Niklaas. Misschien wel de zwaarste strook van de dag. Op de meeste kasseiwegen heb je een rug die redelijk berijdbaar is. Hier stuiter je van de ene kant van de baan naar de andere. Stijn kletst er iedereen uit het wiel. In het peloton wordt er gevloekt. “Amai m’n paaseitjes”, horen we iemand zeggen. “En m’n kerstballen” voegt de plezantste van de hoop toe. “Gewoon de vullingen uit m’n kiezen”, zegt Robin. “Niks in vergelijking met de Chemin du Crucifix”, aldus Bas. 

Met een fenomenale krachtinspanning op de Boskouter in Burcht kan enkel onze voorzitter nog bijpikkelen. Een echt kabinetstukje! Samen diepen ze het gat uit langs de Schelde. Allemaal tevergeefs, zo blijkt. Op de beruchte beklimming van de Kennedytunnel komen de meeste kanshebbers terug aansluiten. Herstarten dus op twintig kilometer van de meet.

Op de Benzineweg in Hoboken noteren we een eerste aanval van Nick. Lang houdt die niet stand. Op de kasseien van de Hobokense Polder komen Stijn en Kurt zijn rug al terug tikken. Het valt stil bij de drie. Zo komen ook Kasper, Bob, Garry en Koen terug in de kop van de wedstrijd.

Op de gevaarlijke wegen richting Antwerpen sluiten de heren van dit elitegroepje een gentleman pact. Ze rijden samen naar de meet op de Cogels-Osylei. Er wordt niet meer aangevallen. Uiteindelijk wordt het een titanensprint. Op basis van de finishfoto mag Stenen Stijn de trofee in de lucht steken. Nick en Keien Kurt vervolledigen het podium.

De rest druppelt langzaam binnen op het terras van de Leon  Allemaal lachende gezichten. Straffe verhalen ook. Bieke heeft overheerlijke recuperatietaart gemaakt.  Frédéric tracteert voor zijn 45e verjaardag. De zon schijnt. De sfeer zit goed. 

Om z’n huwelijk te vieren, steekt Kurt de barbeque aan. Tripels, trappisten en Tropico Tropicals worden aangevoerd. Het geroezemoes wordt luider.  Wie het totaal aantal kilo’s van het eindpodium schat, krijgt z’n gewicht in Trappist!

De alcohol en/of de endorfines beginnen z’n werk te doen. De eerste triptraptrops verschijnen op tafel. Judas Priest schalt door de boksen. Er wordt gedanst en gelachen. Bleinen worden vergeten. “’t Valt wel mee”, horen we de andere Tom zeggen met een typische ik-ben-toch-wel-redelijk-hard-gevallen grijns.

Wanneer de flikken de muziek komen afzetten, begint er een spontane zangstonde. “De eenzame fietser” van Boudewijn De Groot. “Bicycle race” ook van Queen. Julie en Valerie brengen Kurt als huwelijkscadeau ook nog een muzikaal eerbetoon. Hun refrein klinkt nog minutenlang over ’t Krugerplein: “Al draagt de Kurt een gouden ring, het is en blijft een lekker ding”.

Bij het krieken van de dag zoekt iedereen z’n bed op. Veel gedokker thuis zit er bij de meesten wellicht niet meer in.

Verslaggeving: Nick
Foto’s: Kurt A, Kurt S, Tom VR, Nick